De Heuvel en het Vrijheidshuis

Middelpunt

De Markt was meer dan duizend jaar geleden al een belangrijk centrum van religie (Sint Jan) en handel. De Heuvel betekende in die tijd nog niks, het veld lag aan de rand van de dorpskern, maar groeide vanaf de vijftiende eeuw uit tot het middelpunt van politiek en rechtspraak, van jaar- en veemarkten. Vervolgens gingen welgestelde Oosterhoutse burgers er hun voorname huizen bouwen, waardoor het plein in de eenentwintigste eeuw nog steeds een zekere grandeur uitstraalt. Zeker nadat de gemeente Oosterhout het plein in 2022 opnieuw heeft ingericht met gebruikmaking van historische materialen en technieken.

Vierschaar

Stel je de Heuvel voor in de vijftiende eeuw. Er stond nog een enorme lindeboom met daaronder vier houten banken (een vierschaar). In deze openluchtrechtbank namen de schout en zijn schepenen regelmatig plaats om lokale misdadigers te berechten. Die lindeboom heeft het daar eeuwenlang volgehouden. Volgroeid had hij een stamomtrek van acht meter en hij werd zo oud dat steeds meer takken ondersteund moesten worden. 

Aan het eind van de zestiende eeuw riep de Oosterhoutse elite het dorp uit tot een 'zelfstandige vrijheid'. Dat had weinig te betekenen, maar deze bestuurders voelden na enige jaren wel behoefte aan een stenen gebouw met een behoorlijke uitstraling waar ze bijeen konden komen om te vergaderen.

Nu was tijdens de Tachtigjarige Oorlog het Huis ten Strijen zwaar beschadigd door oorlogsgeweld en was het kasteel vervallen tot een enorme ruïne. De bestuurders van de stad vroegen aan de Heer van Oosterhout of ze de losse stenen van het kasteel mochten gebruiken voor een nieuw te bouwen Vrijheidshuis op de Heuvel en die toestemming kregen ze. Het werd een gedeeltelijk succes. Hoewel er van het kasteel in de loop der eeuwen nauwelijks nog iets overbleef (zie Slotbosse Toren) is de Heuvel is een prachtig historisch plein geworden.

Vrijheidshuis

Het nieuwe bestuursgebouw kwam op de Heuvel en werd het Vrijheidshuis genoemd. Het werd in 1617 gebouwd tijdens het twaalfjarig bestand in de Tachtigjarige Oorlog. De bestuurders konden er vergaderen, documenten vonden er een opslag, er werd recht gesproken en er werd een gevangenis ingericht. Oosterhout groeide uit tot een van de grootste dorpen van Brabant (met meer dan zesduizend zielen) en mocht zich vanaf 1809 stad noemen. Het Vrijheidshuis werd stadhuis en werd in de loop der tijden een aantal malen verbouwd en vergroot. In 1941 verhuisde het gemeentebestuur naar slotje Huize Limburg, iets verderop.

Kloostermoppen

De kloostermoppen van het kasteel zijn nog steeds herkenbaar in het gebouw. Op de plek waar vroeger een torentje stond, zie je de middeleeuwse bouwmaterialen van het Huis ten Strijen terug. De lindeboom werd al in 1760 gekapt.